Beethovens Sonates voor viool en piano omvat de drie sonates op. 12, gecomponeerd rond 1797/98, evenals het paar sonates op. 23 en 24, gecomponeerd in 1800, waarvan de laatste later bekend werd als de "Lentesonate". Beethovens vioolsonates waren van meet af aan duo's voor twee gelijkwaardige partners. Muzikaal hebben ze een eigen karakter en doen ze qua vindingrijkheid en durf, zowel formeel als harmonisch, geenszins onder voor de pianosonates. Deze nieuwe editie is gebaseerd op alle overgebleven originele bronnen, evenals op Simrocks zorgvuldig bewerkte herdrukken. De editie behoudt aannemelijke verschillen tussen de twee instrumenten (bijvoorbeeld in de strijktechniek); ongerechtvaardigde aanpassingen zijn bewust vermeden. De uitvoeringsnotities verkennen de essentiële aspecten van de uitvoeringspraktijk in Beethovens tijd, vanuit zowel het perspectief van een violist als een pianist.