Henryk Wieniawski (10 juli 1835 - 31 maart 1880) was een Poolse violist en componist. Hij werd beschouwd als een geniaal violist en schreef enkele van de belangrijkste werken uit het vioolrepertoire, waaronder twee extreem moeilijke vioolconcerten, waarvan het tweede (in d mineur, 1862) vaker wordt uitgevoerd dan het eerste (in fis mineur, 1853). Zijn "L'École Moderne, 10 Etudes-Caprices" is een zeer bekend en verplicht werk voor beginnende violisten. Zijn Scherzo-Tarantelle, Op. 16 en Légende, Op. 17, worden eveneens vaak uitgevoerd. Hij schreef ook twee populaire mazurka's voor soloviool en pianobegeleiding (de tweede, Obertas, in G majeur), waarbij hij technieken gebruikte zoals pizzicato met de linkerhand, harmonischen, grote sprongen en vele dubbelgrepen. Wieniawski heeft postuum een aantal onderscheidingen ontvangen. Zijn portret verscheen in 1952 en opnieuw in 1957 op een postzegel van Polen. In 1979 werd een munt van 100 zloty uitgegeven met zijn beeltenis. Wat soms de "Russische strijkstokgreep" wordt genoemd, zou eigenlijk de "Wieniawski-strijkstokgreep" moeten heten: Wieniawski leerde zijn leerlingen zijn eigen, zeer stijve strijktechniek, waardoor hij met gemak een "duivelsstaccato" kon spelen. Deze "duivelsstaccato" kon gemakkelijk worden gebruikt om leerlingen te disciplineren.